Ik ken niet veel studenten waarbij hun hart sneller gaat kloppen van een SPSS dataset, maar, believe it or not, die periode heb ik écht gehad. Gehad, zeg ik, want tijdens mijn stage ben ik er misschien wel achter gekomen dat dit toch niet hetgeen is waar ik gelukkig van word. Maakt dat uit? Nee, daar is stage voor. De afgelopen maanden heb ik doorgebracht bij onderzoeks- en consultingsbureau MeMo² in Amsterdam. Dit bedrijf houdt zich bezig met het meten, kwantificeren en optimaliseren van reclame-effecten.
Op 1 februari 2018 ben ik nadat ik terug was gekomen van mijn uitwisseling in Canada begonnen bij dit stagebedrijf. Nou is terugkomen van een uitwisseling sowieso niet heel makkelijk, maar werken van 9:00 tot 17:30 is ook flink wennen. Daar zat ik dan, op een bureaustoel, aan een tafel met twee computers, de hele dag op mijn reet. Misschien hebben deze maanden er niet voor gezorgd dat ik mijn droombaan heb gevonden, ik ben wel van mening dat een stage een cruciaal onderdeel in van je studietijd. Communicatiewetenschappers in spe weten hoe lastig het is om de vraag te beantwoorden met wat je later nou wil doen met zo’n brede opleiding, en dat is niet onterecht. Toch heb ik door mijn stage meer het gevoel gekregen dat ik, mede door deze studie, wel degelijk van waarde kan zijn.
Ik merkte tijdens mijn stage dat ik al vrij snel veel verantwoordelijkheden kreeg. Dat kon je soms best onzeker maken, als je zo in het diepe wordt gegooid. Aan de andere kant geeft dit je wel een gevoel van trots als je de taken goed weet uit te voeren. MeMo² is met een stuk of dertig werknemers een redelijk klein bedrijf, maar als je het meeste uit je stagetijd wil halen is dit wat ik je aan zou raden. Van veel studenten die bij grotere bedrijven zoals ABN AMRO stage liepen, hoorde ik dat zij een stuk minder verantwoordelijkheden kregen en vaker klusjes deden zoals de roosters maken en koffie halen voor de medewerkers. Kan ook gezellig zijn, maar als met de reguliere werkzaamheden mee wil draaien zit je vaak goed bij een wat kleinschaliger bedrijf.
De minimale tijd is zestig werkdagen, mijn bedrijf stelde een minimum van vijf maanden. Die eerste twee maanden gingen heel langzaam en ik merkte dat ik vaak met tegenzin naar de andere kant van Amsterdam fietste. Na deze eerste maanden merkte ik echter dat ik het steeds meer naar mijn zin begon te krijgen, ik lag goed in de groep, en de werkzaamheden gingen soepeler. Zestig werkdagen is heel weinig (ja, echt!) en ik zou dan ook aanraden om minstens vier á vijf maanden te blijven als dat mogelijk is. Of ik nog jaren elke dag naar een syntax kan staren betwijfel ik zelf ook, maar zelfs na vijf maanden heb ik nog het gevoel dat ik er niet alles uit heb kunnen halen wat er in zit. Daarom geef ik MeMo² voor de komende maanden in ieder geval nog een kans en ga ik aan de slag als Junior Brand & Crossmedia Data Scientist.